Taalfouten die bijna iedereen maakt (deel 3)
In de afbeelding hierboven staat een veelgemaakte fout. Zie jij deze? In deze derde blog over de Nederlandse taal wil ik het hebben over de “beruchte” d’s en t’s. Omdat dit een lastig onderwerp blijft, zal ik mijn uitleg over twee blogs verdelen. Deze maand ga ik uitleggen wat de persoonsvorm is en hoe deze vervoegd wordt.
Vind of vindt?
Vind gebruik je als:
– het onderwerp van de zin “ik” is:
Ik vind dat een leuk boek.
- “je” achter de persoonsvorm staat:
Vind je dat een leuk boek?
In dit geval kun je “je” vervangen door “jij”
- het om een gebiedende wijs gaat:
Vind dit boek!
Vindt (ik-vorm+t) gebruik je als:
- het onderwerp van de zin “je/jij, u of hij/zij/het” is:
Jij vindt dit een leuk boek.
Mijn vader vindt dit ook een leuk boek.
Waar vindt u een goed boek?
Ik ben het die dit een goed boek vindt.
Werkwoorden waarvan de ik-vorm op een -d eindigt worden net zo vervoegd, zoals melden, worden en houden.
Meld u bij de receptie
Hij meldt zich bij de receptie.
Houd u aan de maatregelen!
Jij houdt je aan de maatregelen.
Word lid van onze vereniging.
Zij wordt lid van de roeivereniging.
Persoonsvorm
Wanneer weet je nu of een werkwoord in de zin een persoonsvorm is? Deze vind je door de zin in de verleden tijd te zetten:
Jij vindt dit een goed boek.
Jij vond dit een goed boek.
Het werkwoord “vindt” verandert in “vond” en is dus de persoonsvorm in de zin.
Let op: een persoonsvorm in de tweede of derde persoon enkelvoud (jij/u/hij) krijgt altijd een -t na de ik-vorm en nooit een -d!
Fout:
*Dit betekend dat het feest niet doorgaat.
*Het gebeurd wel vaker.
*Het beloofd een mooie dag te worden.
Een ander ezelsbruggetje is het werkwoord in de zin vervangen door het werkwoord “lopen”.
Wordt het loopt? Dan is het ook vindt.
Jij loopt een boek > Jij vindt een boek.
Ik-vorm of stam?
Wat is nu het verschil tussen de ik-vorm en de stam?
De ik-vorm is de eerste persoon enkelvoud: vinden – ik vind
De stam van het werkwoord krijg je door -en van het hele werkwoord af te halen:
Vinden > vind
Beloven > belov
Werken > werk
Melden > meld
Dit verschil is belangrijk als we verder gaan met het voltooid deelwoord. Daarover ga ik meer uitleggen in mijn volgende blog die volgende maand verschijnt.